Voor de studiejaren 2020-2021 en 2021-2022 wordt voor ieder jaar € 10,6 miljoen uitgetrokken voor verhoging van de Subsidieregeling praktijkleren. Dit geld is bedoeld om werkgevers in sectoren die zwaar zijn getroffen door de coronamaatregelen te stimuleren bbl-plekken aan te blijven bieden. Het beschikbare bedrag is niet voldoende om alle werkgevers een substantieel hogere subsidie te bieden. Daarom is er een selectie gemaakt. Daarbij zijn de volgende criteria gehanteerd:
- de arbeidsmarktperspectieven voor mbo’ers moeten goed zijn;
- de sector is conjunctuurgevoelig of er komen veel contactberoepen voor;
- de sector wordt voornamelijk privaat gefinancierd;
- de sectoren landbouw, horeca en recreatie vallen buiten de selectie omdat er voor deze sectoren al € 10,6 miljoen beschikbaar is voor verhoging van de Subsidieregeling praktijkleren via de motie-Heerma.
Dit bedrag wordt ondergebracht in een apart compartiment van de Subsidieregeling praktijkleren zodat werkgevers in de betreffende sectoren (of onderdelen daarvan) extra subsidie ontvangen voor het aanbieden van bbl-leerplekken bovenop het bedrag aan subsidie waarop zij op grond van de huidige regeling praktijkleren al aanspraak kunnen maken. Voor de bepaling van de leerbedrijven die in aanmerking zullen komen voor deze extra subsidie hanteer ik de codes van de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Een overzicht van de SBI-codes treft u hieronder aan. Leerbedrijven waarvan de hoofdactiviteit een SBI-code heeft die voorkomt in dit overzicht, kunnen in aanmerking komen voor de extra subsidie praktijkleren.